Rozenakker
Vanwege de bouw van een aantal woningen op een perceel aan de Essenseweg werd in het najaar van 2012 een
veldverkenning gedaan. Daarbij werden een aantal archeologische vondsten gedaan die dateren uit de IJzertijd (vanaf 800 voor
Chr.) en de Romeinse tijd (begin van onze jaartelling). Daaropvolgend werd medio 2014 een proefsleuvenonderzoek verricht. Bij
dit onderzoek werden een aantal sleuven op een perceel gemaakt om te zien of naar aanleiding van eerder (veld)onderzoek
archeologische relicten aanwezig zijn in de bodem. Dit onderzoek werd uitgevoerd door bureau BAAC. De resultaten uit dit
onderzoek leidden niet tot verdere opgravingen. Dat viel - gezien het eerder gehouden veldonderzoek - tegen. Wel bleek wel
dat een deel van het perceel restanten van een veenlaag bevatte.
Sporen uit de IJertijd
Echter op de plaats waar de nieuwe huisartsenpraktijk Nispen werd gebouwd, werden in het voorjaar van 2015 door
archeologen een aantal paalkuilen aangetroffen die samen een regelmatig patroon vormen. Uit een van de kuiltjes kwamen nog
scherven ijzertijd-aardewerk naar boven. Ook werd er nog een randfragment van een Romeinse pot aangetroffen, niet in de
kuilen maar in de grond daarboven. Het betrof hier een tweeschepig huis van het type Haps-Oss/Ussen. Dat waren de eerste
tweeschepige huizen in het zandgebied van Zuid-Nederland, daterend uit de eindfase van de vroege IJzertijd tot de late IJzertijd
(700 – 12 voor Chr.). Het Nispense huis zou ongeveer 16 meter lang en 8,50 meter breed zijn geweest. Dat wijkt niet veel af van
het type van Haps. Het huis stond met de kop naar de zuidwesten gericht, waar de wind overwegend vandaan kwam.
Romeinse boerderij
Begin 2016 werden bij vervolgopgravingen nog meer sporen terug gevonden waardoor het grootste deel van het huis
teruggevonden: de drie middenstaanders en delen van de westelijke, noordelijke en zuidelijke wanden. Bovendien werden nabij
deze vondst, de contouren van een potstal van een grote Romeinse boerderij teruggevonden. De potstal was een typisch
verschijnsel in de tweede helft van de tweede eeuw, vaak aan de oostzijde van de boerderijen. Het waren verdiepte delen
waarin de mest van het vee werd opgespaard om het land te bemesten. Deze boerderijen konden wel dertig meter lang zijn.
Vermoedelijk was de betreffende boerderij op Rozenakker ook zo lang en zo’n zeven meter breed. Aan deze stal stond nog een
gebouw vast. Naast de sporen van de bebouwing werden ook een aantal fragmenten van Romeins aardewerk opgegraven en
een zogenaamde ‘fibula’, een Romeinse veiligheidsspeld. Deze werden vaak gebruikt als schouderspeld om te voorkomen dat
de omslagmantel van de schouder zou glijden.
Meer over de ontdekkingen in 2015 en 2016 is te lezen in het Jaarboek 2015 en Jaarboek 2016 van de heemkundekring. Deze
uitgaven kunt u raadplegen in het ErfgoedCentrum Nispen.